Scènes
Scènes zijn alleen beschikbaar in de hoofdcamera.
Met een scène krijgt u automatisch de juiste
instellingen voor kleur en belichting voor de
huidige omgeving. De instellingen van elke scène
zijn afgestemd op een bepaalde stijl of omgeving.
De standaardscène in de afbeeldingsmodus is
Auto
en in de videomodus
Automatisch
(beide
worden aangegeven met ).
Als u van scène wilt veranderen, selecteert u
Scènemodus
op de actieve werkbalk en selecteert
u een scène.
Ga naar
Gebr. gedef.
en selecteer
Opties
>
Wijzigen
als u uw eigen scène geschikt wilt maken
voor een bepaalde omgeving. In de door de
gebruiker gedefinieerde scène kunt u verschillende
belichtings- en kleurinstellingen aanpassen.
79
Ca
mera
Selecteer
Gebaseerd op modus
en selecteer de
gewenste scène als u de instellingen van een andere
scène wilt kopiëren. Druk op
Terug
als u de
wijzigingen wilt opslaan en wilt terugkeren naar de
lijst met scènes. Als u uw eigen scène wilt activeren,
bladert u naar
Gebr. gedef.
, drukt u op de
bladertoets en selecteert u
Selecteren
.